Panamagie

Deze weblog gaat over onze emigratie ervaringen (2006 - 2011). We hebben een herbebossings en toerisme bedrijf. We ontvangen gasten in onze bed en breakfast en bos-tuin. Zie www.hotelheliconiapanama.com Voor de tuin, zie: www.tanagertourism.com Ecotoerisme is belangrijk - ECO betekent voor ons 'Ecological and Community Oriented'. Nieuwe blogs met meer fotos, zie: www.panamagic.wordpress.com Volg ons ook op facebook: Heliconia Inn e-mail naar: tanagertourism@gmail.com

donderdag, februari 21, 2008

Lasso Competitie

Op 3 februari zijn we naar Arenas geweest. Het was de laatste dag van de regionale kampioenschappen lasso werpen. En niet zomaar in de lucht, er moesten te paard kalveren gevangen worden.

Hiertoe hebben ze speciale langwerpige arenas met zand. Aan beide kanten zijn hokken voor de vele kalveren. Een voor een worden de kalveren dan in een nauwe gang geleid, het kalf krijgt een losse lus om zijn nek dat verbonden is met een touw waarachter de ruiter te paard staat. Als het kalf wordt losgelaten en wegrent, trekt het ook het touw los en dan kan de ruiter achter het kalf aan.

Als de ruiter goed is dan heeft hij zijn lasso al in de lucht terwijl hij achter het kalf aan galoppeert. Dan is het nog slechts een kwestie van de lasso om de kop van het kalf gooien, de lasso aantrekken en klaar. De hele goeden kunnen dat binnen twee seconden. Maar de meesten zijn al gauw 5 tot 10 seconden bezig. En soms gaat het helemaal mis. Dan gooien ze mis (een kalf is klein), of trekken de lus niet snel genoeg aan, zodat het kalf door de lus heen springt. Wie mist, kan een tweede poging wagen, tenminste als het kalf nog niet aan de overkant van de arena is (alwaar het door de andere kalveren met luid geloei als ontsnapte winnaar wordt ontvangen). Meestal lukt een tweede poging niet binnen 20 seconden, en dat is de tijd die je krijgt toebedeeld als je mist en geen poging meer waagt.

De beste individuele tijd die wij gezien hebben was echt slechts 2 seconden. Bij een competitie is er wel een prijs voor de beste individuele tijd, maar waar het om gaat is de totale tijd van het team. Elk team heeft 10 deelnemers die elk twee keer moeten werpen. Elk team heeft ook 2 reserve mensen. Als een deelnemer bij de eerste worp misgooit en dus 20 strafseconden krijgt, dan kan het team beslissen om hem te vervangen en de reserve persoon krijgt recht op twee worpen.

Bij een wedstrijd treden twee teams tegelijk op, dat wil zeggen dat om de beurt een deelnemer van een van de teams het arena betreedt te paard, zijn poging doet en daarna komt de volgende deelnemer van het andere team. Als de 10 (of 11 of 12 als er vervanging is ingezet) van beide teams geweest zijn, is er een tussenstand en kunnen ze allemaal nog een keer. Elk team heeft een eigen tenue dat bestaat uit een overhemd in de kleur van de club, een panama hoed en een spijkerbroek. Het overhemd wordt altijd in de broek gedragen en er mag een keurig gevouwen zakdoek uit de rechter kontzak steken.

Die hoed wil natuurlijk wel eens afwaaien als de ruiter in volle vaart achter dat kalf aan galopeert. En daarom is er een speciale hoedenjongen, die, zodra het kalf gevangen of definitief ontsnapt is, de hoed van de ruiter ophaalt. De beste plaats om die hoed even op te bergen, is natuurlijk bovenop je eigen hoed. Een beetje als de ballenjongens van het Wimbledon.

Er waren die zondagmiddag tenminste 8 teams over en ons favoriete team werd natuurlijk “Union del Sur” met deelnemers uit onder andere Malena en ons gehucht Palmilla (In Palmilla zijn maar 12 huizen en 3 families en dat is inclusief onszelf). Met een teamtijd van 208 seconden wist Union del Sur de directe tegenstander voor te blijven, maar het bleef een middenklasse. Het winnende team had slechts 144 seconden nodig om 20 keer kalveren te vangen.

U vraagt zich misschien af hoe het zit met de diervriendelijkheid van dit gebeuren. Er waren tenminste 90 kalveren en die hebben elk op die zondagmiddag zo’n drie keer door de arena moeten rennen. Sommigen werden 3x gevangen anderen minder. Het was warm, maar bij de hokken aan het eind van de arena was een tuinslang met water en werden de kalveren koel gehouden, het zand in de arena was ook nat gemaakt voor koelte en minder stof. (Datzelfde water werd ook gebruikt door de jongens om de “amazones” nat te spuiten ... dat mag als het carnaval is)
Sommige kalveren zijn overigens zo slim, die gaan liggen en weigeren te starten. Dan wordt er wat geport, maar als het kalf eigenwijs blijft dan zetten ze gewoon de deur open en kan ie op zich zelf naar achteren rennen. Andere kalveren zijn zo dartelig snel en klein, die wringen zich al rennend door de lasso heen nog voor de werper hem strak kan trekken. De gevangen rennende kalveren vallen uiteraard soms wel door de plotselinge rem als de ruiter de lasso aantrekt, maar in minder dan een tel staat het weer op de been en de ruiter begeleidt het alweer rennende kalf aan de lasso naar het eind van de arena waar assistenten het kalf weer bevrijden en in het hok laten. En er zijn ook regels. Een ruiter krijgt 20 strafseconden als hij bij het aantrekken van de lasso het gevangen kalf over het zand naar achteren trekt. Dat mag niet. Het gebeurde een keer die zondag middag omdat het paard achteruit ging lopen na het remmen...

Bij lasso competities draagt het publiek min of meer hetzelfde tenue als de ruiters. Dus wij (Kees zonder hoed, overhemd uit de spijkerbroek en zakdoek in de rechtervoorzak gepropt en Loes in spijkerrok, geen hoed en geen overhemd) zaten er vreselijk naast. En we hadden ook al geen paard. Want er wordt heel wat afgeflaneerd langs de arena en dat kan uiteraard alleen te paard. En de toeschouwers kijken net zo goed naar het paard als naar de ruiter(M/V). Overigens is de sfeer erg gemoedelijk en hoeft er geen politie aanwezig te zijn!

Om het arena heen zijn podia om op te staan of met gehuurde stoelen te zitten. Er zijn ook altijd open plekken zonder podia voor de toekijkende ruiters en amazones. En de bier stands (waar ze ook fris verkopen) zijn speciaal ontworpen naast het arena: hoog genoeg om een ruiter te paard ook van een pilsje te voorzien (geschonken in grote bakken met ijs).

We hopen dat de foto’s voor zich spreken. We hebben ook gefilmd en hopelijk lukt het om dat ook te uploaden. We bedanken hierbij ook ex-wedstrijd lasso werper Sr. Justino Moreno voor de inzichten in het competitie lasso werpen.

zaterdag, februari 02, 2008

Stappen in Mariato

Tot nu toe waren we nog niet wezen stappen in Mariato. De uitgaansgelegenheden, drie “cantina’s”, waren niet echt uitnodigend en vrouwen die zich in dit soort gelegenheden vertonen, zijn gewoonlijk van lichte zeden. Dus samen was niet goed voor de reputatie van Loes en alleen zag ik niet echt zitten. Gelukkig hebben we nu een student, en dus kon ik eindelijk, eindelijk een avondje gaan stappen in Mariato.

Het was een tamelijk korte avond, maar het begon goed. Eerst zijn Rob en ik naar de cantina tegenover ons huis gegaan. Die heet ‘Corotu’ en heeft sinds kort nieuwe geluidsapparatuur. Ook hadden wij al gehoord dat de klanten af en toe een geluid uitstoten dat nog het meest op hondegeblaf leek. Dat moest uiteraard nader bestudeerd worden.

We waren nog maar nauwelijks binnen of we werden meegezogen in een conversatie met een buitenlander. Waar hij precies vandaan kwam is ons tijdens het 30 minuten durende gesprek niet duidelijk geworden. Onze gesprekspartner beweerde dat hij in Nederland geboren en dus Deen was, en vervolgens dat hij een Indiaan was en tenslotte dat hij zijn jeugd had doorgebracht in de staat California. Rob en ik kregen sterk de indruk dat hij na zijn jeugd vooral in de staat van dronkenschap had vertoefd.

Gelukkig kwamen we ook nog in contact met de andere klanten. Twee begonnen er met dat blaf-achtige geluid terwijl we nog met onze Deens-Californisch-Nederlandse Indiaan in gesprek waren. Een mooi moment om hem te verlaten en uit te vinden wat er nu eigenlijk aan de hand was. De produktie van dit geluid (en het klinkt echt als geblaf) het salomar (dat is een werkwoord) en het is een uiting van vreugde en vriendschap, zo werd ons verteld. Toen Rob een recorder tevoorschijn haalde, werden we onmiddelijk getrakteerd op de uitgebreidere versie, die nog het meest lijkt op iemand die de blues aan het jodelen is.

De tweede bar is te triest om verder te noemen. Een donker hol met een jukebox en dronken mannen. De derde was ook niet al te beroerd, maar haalde het ook al niet bij de eerste. We kwamen daar de buurman tegen, die graag van alles wilde weten over Holland. Maar hij stelde steeds dezelfde vragen, dus ik weet niet of hij gewoon niet geïnteresseerd was, een slecht geheugen had, dronken was of gewoon mijn Spaans niet verstond. Dat gesprek boeide ons op die manier niet erg en zo waren we na krap een uur weer thuis om half tien ’s avonds...

Kortom een “nacht” om nooit te vergeten, al was het maar om je te herinneren dat uitgaan in Mariato niet de moeite waard is.